Tweede kamerlid Nihat Eski bespreekt Vervoer gevaarlijke stoffen per spoor

DORDRECHT - Maandag 1 maart heeft Nihat Eski, lid Tweede Kamer CDA, een werkbezoek aan Dordrecht gebracht. Hij sprak met wethouder Dion van Steensel over het vervoer gevaarlijke stoffen per spoor en stelde zich met een bezoek aan het gebied persoonlijk op de hoogte van de situatie. Ondanks de veiligheidswinst die invoering van het basisnet spoor levert, blijft de onveiligheid door vervoer gevaarlijke stoffen per spoor voor Dordrecht en Zwijndrecht onaanvaardbaar groot.

Eski zei dat hij begrip had voor de zorgen in Dordrecht. Mensen zijn ongerust over de toename van het aantal goederentreinen en wat daarin wordt vervoerd. "Ik vind prima dat het vervoer van gevaarlijke stoffen meer en meer van de weg naar het spoor verplaatst wordt, maar tegelijkertijd moeten er maatregelen worden genomen om te zorgen dat het bij meer treinen per saldo minstens zo veilig blijft als het nu is. De gemeente Dordrecht is samen met de minister goed bezig om de veiligheid op niveau te brengen en te houden. En ik zal in de Kamer tijdens het komende debat over het Basisnet Spoor de situatie in Dordrecht en Zwijndrecht nadrukkelijk naar voren brengen".

Maatregelen korte en langere termijn
Tijdens het werkbezoek zette Dion van Steensel de oplossingen voor korte en langere termijn uiteen. Hoewel Zwijndrecht en Dordrecht blij zijn met de veiligheidswinst die het basisnet spoor biedt, wordt de veiligheidsproblematiek voor Zwijndrecht en Dordrecht er niet door opgelost. De overschrijdingen blijven zo hoog dat als gevolg daarvan in grote delen van Zwijndrecht en Dordrecht stedelijke vernieuwing onmogelijk is.

Omdat ook een verdere groei van het transport van gevaarlijke stoffen wordt verwacht, blijven Dordrecht en Zwijndrecht het grootste veiligheidsknelpunt in het spoornetwerk.

Daarom willen Dordrecht en Zwijndrecht een duurzame oplossing voor het spoorvervoer tussen de Drechtsteden en België/ Zuidwest Nederland zoals:
- het nog beter benutten van de Betuweroute door de aanleg van een zuid-west boog bij Meteren zoals in het project Hoogfrequent Spoor is onderzocht.
- De aanleg van nieuwe infrastructuur op de as Rotterdam Antwerpen in de vorm van een spoortunnel goederenvervoer.

En voor de korte termijn het treffen van extra technische maatregelen zoals:
- de aanleg van veiligere wissels
- hotbox detectie (meten van o.a. temperatuur van passerend materieel).

Op de lange termijn zijn Dordrecht en Zwijndrecht maar ook de haven van Rotterdam het meest gebaat bij een goederenspoorlijn die niet door de stedelijke omgeving rijdt. Het tunneltracé zou dan zoveel mogelijk parallel aan de A16 komen te liggen.