ASZ heeft duidelijke afspraken met zorgverzekeraars over spiraaltje
DRECHTSTEDEN - In de media zijn berichten verschenen over onregelmatigheden met de facturering van het anticonceptiemiddel IUD (Intra-Uterine Device), ofwel het spiraaltje. De indruk is gewekt dat er ziekenhuizen zijn die de patiënte het IUD laten meebrengen en het daarna zelf óók declareren bij de zorgverzekeraar. Het Albert Schweitzer ziekenhuis vindt het belangrijk om duidelijk te maken hoe de situatie bij hen is.
De vergoeding van medische handelingen en hulpmiddelen is complexe materie. Het Albert Schweitzer ziekenhuis heeft daarom met de zorgverzekeraars al langere tijd geleden duidelijke afspraken gemaakt over een eerlijke verdeling van de kosten bij het voorschrijven, verstrekken en plaatsen van een IUD. De afspraken zijn per situatie verschillend.
Cyclusstoornissen
De patiënte kan naar de gynaecoloog zijn verwezen met cyclusstoornissen of extreem bloedverlies. Als in dat geval wordt besloten om een spiraaltje te plaatsen, zorgt het ziekenhuis dat dit er is voor de patiënte, zonder recept. De kosten van het spiraaltje zijn dan onderdeel van het zogeheten 'zorgproduct'. Het ziekenhuis declareert één vast bedrag voor de behandeling bij de zorgverzekeraar, waar het IUD bij in zit. De patiënte hoeft niet zelf te betalen.
Anticonceptie
Wanneer het IUD wordt gebruikt als anticonceptiemiddel, kan de huisarts het in principe zelf plaatsen. In sommige gevallen kan de huisarts vinden dat het verstandiger is om het IUD in het ziekenhuis te laten plaatsen. De huisarts geeft dan een recept mee aan de patiënte. Zij kan het IUD vóór het bezoek aan de gynaecoloog tegen betaling ophalen bij de eigen apotheek, of de poliklinische apotheek van het ziekenhuis. De patiënte kan het spiraaltje zelf declareren bij de verzekering. Het ziekenhuis declareert nu een ander 'zorgproduct' bij de verzekeraar, namelijk voor het consult en het plaatsen, waar het spiraaltje zelf niet bij in zit. Het Albert Schweitzer ziekenhuis declareert het product dus niet dubbel!
Huisarts
In principe behoort het voorschrijven en plaatsen van een IUD tot de eerstelijnszorg, dat wil zeggen bij de huisarts. Verzekeraars dringen er bij het ziekenhuis op aan om zorg die bij de huisarts kan plaatsvinden, zo veel mogelijk daar te laten. Daarom kan het ook gebeuren dat het ziekenhuis een patiënte die al onder behandeling is bij de gynaecoloog, toch terugverwijst naar de huisarts voor een IUD. Dit is bijvoorbeeld het geval na een bevalling in het ziekenhuis. Bij de controle zes weken na de bevalling, wordt besproken of de patiënte (weer) anticonceptie wil. Als er gekozen wordt voor een spiraaltje, dan wordt de patiënte hiervoor verwezen naar de huisarts.
Recept
Wanneer een patiënte voor plaatsing van het IUD op het spreekuur komt maar dit - bijvoorbeeld door een misverstand - niet zelf heeft aangeschaft, wordt zij niet teruggestuurd. Dan schrijft de gynaecoloog een recept voor en kan de patiënte het IUD alsnog ophalen bij de apotheek van het ziekenhuis (op de locaties Dordwijk en Zwijndrecht, niet in Sliedrecht of Strijen!). Dit levert wel vertraging op voor de patiënte en voor het spreekuur. Het is dus van belang dat de patiënte bij de huisarts een duidelijke instructie vraagt en krijgt over het wel of niet zelf meebrengen van het IUD.
