Dordts Toonkunstkoor bestaat 190 jaar en geeft een jubileumconcert
DORDRECHT - Op zaterdag 2 november a.s. geeft het Dordtse Toonkunstkoor een jubileumconcert in verband met haar 190 jarig bestaan. Er zullen drie feestelijke stukken uitgevoerd worden in de Augustijnenkerk: Marc-Antoine Charpentier – Te Deum H 146, Antonio Vivaldi – Gloria RV 588, Georg Friedrich Händel – Ode for St. Cecilia’s Day HWV 76.
Het toonkunstkoor Dordrecht is een concertkoor dat grote ‘klassiekers’ afwisselt met hedendaags, soms minder bekend werk. Bach, Haydn en Monteverdi, maar ook Andriessen, Jenkins, Goodall en Palmeri. Daarnaast zijn er kleinere, sfeervolle, gevarieerde programma’s met origineel repertoire, pareltjes die met beperkte begeleiding of soms a capella worden gezongen. Zo werden door Manuel Oltra en Mario Castelnuovo-Tedesco getoonzette gedichten van Frederico Carcia Lorca vertolkt en Vic Nees’ Gisekin Triptiek. En ook de prachtige en uitdagende Chansons des Roses van Morten Lauridsen.
De optredens van het koor vinden veelal plaats op Dordtse concertlocaties, zoals de Augustijnenkerk, de Trinitatiskapel en de Wilhelminakerk.
Repeteren
Elke woensdag repeteert het koor in de Augustijnenkerk, waar ze nu ook optreedt. Hier gaat muzikaal genot samen met de nodige gezelligheid.
Aan het jubileumconcert werken mee: Yvonne Peters – dirigent Dordrechts Kamerorkest; Margriet de Hartog – organist; Pauline Doolaard – sopraan; Inga Scheider – alt; Daniël van Kessel- tenor; Vincent Spoelman – bas.
De entree is in de voorverkoop € 25 (tm 30 oktober) en aan de zaal € 27,50. Tot met 16 jaar betaal je € 15. De Augustijnenkerk bevindt zich aan de Voorstraat 216. Het concert begint om 20.00 uur.
Programma
Marc-Antoine Charpentier – Te Deum. Een Te Deum is eigenlijk een op de bijbel gebaseerde hymne, maar Charpentier, hoewel in religieuze kringen verkerend toen hij zijn befaamde Te Deum H 146 schreef, verheerlijkt met deze lofzang toch vooral de koninklijke macht. Zeer waarschijnlijk wilde hij er de overwinning in 1692 van het Franse leger van Lodewijk XIV in de slag bij Steenkerke mee opluisteren. Het was de 9-jarige oorlog en het waren de geallieerden onder Willem III van Oranje-Nassau die werden verslagen. Deze krachtige fresco, met de van Eurovisie-uitzendingen overbekende krijgshaftige ritmes van pauken en trompetten in de Prélude, symboliseert dus niet alleen de Franse ‘Grand Siècle des arts’, maar ook de oorlog, en Lodewijk XIV.
Antonio Lucio Vivaldi - Gloria - D-Dur - RV 588. Vermoedelijk was het paus Telesphorus (eerste eeuw na Chr.) die het Gloria als eerste een vaste plaats gaf in de kerkelijke traditie. Hij nam het op in de liturgie voor de mis, die gehouden werd in de nacht, voorafgaande aan het kerstfeest. Sindsdien ontwikkelde het zich tot een steeds populairder en niet meer weg te denken onderdeel van de eucharistieviering. Het Gloria is een lofzang: Eer aan God in den hoge. Vivaldi schreef rond 1715 vrij zeker drie versies op de hymne Gloria in excelsis Deo. Twee versies zijn nog bekend : RV 588 en RV 589. Gloria RV 589 geldt als hét Gloria van Vivaldi. Voor het minder bekende Gloria RV 588, ook wel aangeduid als de moeder-compositie van de Gloria’s, heeft hij in ruime mate ‘noten geleend’ van Giovanni Maria Ruggierie.
Georg Friedrich Händel - Ode for St. Cecilia’s Day HWV 76. Aan het einde van de 17e eeuw vierde de Engelse muziekwereld elk jaar op 22 november met speciale concerten en kerkdiensten het feest van St. Cecilia, de beschermheilige van de muziek. Met zijn in 1739 gecomponeerde Ode for St. Cecilia’s Day blies Händel de traditie van deze festiviteiten nieuw leven in. Het gedicht van John Dryden inspireerde hem tot een blij-muzikale verheerlijking van de kracht van muziek: twee feestelijke koordelen omlijsten vijf aantrekkelijke arias, die elk een instrument laten soleren, waaraan op barokke wijze typerende emoties worden toegeschreven. Händel laat de solisten veel vrijheid om te improviseren en hun kunnen te etaleren. Dit geldt in het bijzonder voor zijn lievelingsinstrument, het orgel.
