Arbeidsinspectie geeft Albert Schweitzer ziekenhuis waarschuwing want medewerkers melden agressie te weinig

12 juli 2014
Arbeidsinspectie geeft Albert Schweitzer ziekenhuis waarschuwing want medewerkers melden agressie te weinig

DORDRECHT -   De directie van het Albert Schweitzer ziekenhuis Dordrecht meldt op de volgende wijze op de ziekenhuissite de waarschuwing van de arbeidsinspectie over het niet melden van agressie tijdens het werk:

“,,Hulpverleners hebben de plicht om mens en dier in nood te helpen. Zij hebben het recht om dat veilig en ongestoord te kunnen doen. Helaas is dit laatste niet altijd de werkelijke gang van zaken.

In dat kader speelt er op dit moment iets in het Albert Schweitzer ziekenhuis waar ik niet trots op ben. Wij ontvangen binnenkort een officiële waarschuwing van de Arbeidsinspectie, omdat onze medewerkers onvoldoende agressie melden. Afgelopen jaar hebben wij ruim zeventig gevallen gemeld. Het overgrote deel daarvan is verbale agressie. Maar in gesprekken met onze medewerkers, ontdekte de Arbeidsinspectie dat zij vaak agressie niet melden.

Eerder nieuws van Dordrecht.net:

DORDRECHT -  Het Albert Schweitzer Ziekenhuis (ASZ) in Dordrecht heeft een waarschuwing van de arbeidsinspectie gekregen, want agressie wordt te weinig door medewerkers gemeld. Dit meldt het blad SKIPR dat schrijft over zorg. Directeur Eringa laat daarin weten dat agressie in welke vorm dan ook in het ziekenhuis altijd moet worden gemeld. Dan kunnen pas verbeterplannen worden opgesteld. Hij heeft daarmee ervaring in een vorige baan bij de Spoorwegen.

Het gehele artikel heeft als tekst:
Het Albert Schweitzer ziekenhuis in Dordrecht krijgt een officiële waarschuwing van de Arbeidsinspectie vanwege het onvoldoende melden van agressie door medewerkers. Dat vertelde bestuursvoorzitter Pier Eringa tijdens een recente bijeenkomst van Ambassadeurs Veilige Publieke Taak.

Volgens Eringa schuilt er in de ‘ondermelding’ vann agressie een verontrustend signaal. “Verbaal geweld of intimidatie wordt tegenwoordig helaas beschouwd als ‘normaal, het hoort erbij’”, aldus Eringa. “Mijn inschatting is dat fysieke agressie meestal nog wel wordt gemeld – maar ook die niet altijd, bijvoorbeeld op een Spoedeisende Hulp.”

Laconiek

Het ASZ deed het afgelopen jaar ruim zeventig meldingen van agressie. Het overgrote deel daarvan is verbale agressie. Maar in gesprekken met medewerkers, ontdekte de Arbeidsinspectie dat zij vaak agressie niet melden. Een slechte zaak, vindt Eringa. “Onze meldingsbereidheid moet omhoog. Als wij zelf laconiek omgaan met (be)dreigende situaties, dan missen we een basis waarop we verbetermaatregelen kunnen bouwen. Ik zie het in ons ziekenhuis regelmatig: een confrontatie tussen patiënt en zorgverlener wordt op een rustige afdeling sneller herkend en behandeld als een incident, terwijl op een hectische afdeling eerder wordt overgegaan tot de orde van de dag. Het werk moet immers door en ach, het hoort er een beetje bij. Maar ik wil niet dat het erbij hoort, zeker niet in de gezondheidszorg. Beter melden en registreren maakt dat je de juiste aanpak kunt kiezen naar inhoud, tijd en plaats.”

Volgens Eringa kunnen dienstverleners in het publieke domein veiligheid weliswaar niet afdwingen, maar kunnen wel hun stempel drukken op de relatie met het publiek. “Veilig werken is onlosmakelijk verbonden met respect en waardering van burgers voor het soms moeilijke werk van mensen in het publieke domein. Aan ons is ook de taak om dat respect en die waardering te verdienen. Wij kunnen zelf nog veel doen om respect en waardering – en daardoor onze eigen veiligheid – te bewerkstelligen.”

Transparantie

Belangrijke voorwaarden zij  volgens Eringa transparantie en een open attitude. “Als ziekenhuis werken wij niet alleen constant aan zichtbare kwaliteit, we proberen ook zo transparant mogelijk te zijn. Communicatie leidt tot transparantie. Transparantie leidt tot begrip. Begrip leidt tot waardering. Waardering tot respect. Respect tot veiligheid. Het gaat dus om laten zien wat je doet en je kwetsbaar durven opstellen. Sta ook open voor kritiek! Misschien niet in het heetst van de strijd, maar dan toch zodra de rust is weergekeerd. Als wij willen dat de burger zich in ons kan verplaatsen, moeten wij ons willen verplaatsen in hoe de burger ons handelen heeft ervaren. We weten nu dat organisatorische aanpassingen en betere communicatie door de dokter of verpleegkundige veel ontevredenheid en soms zelfs agressie kan voorkomen. Uit mijn verleden bij de Nederlandse Spoorwegen, weet ik dat  een derde deel van agressiegevallen in de trein voorkomen had kunnen worden door een andere opstelling van de conducteur. Ook altijd kritisch kijken naar jezelf dus.”

Het ziekenhuis gaat verder praten over agressie.

Daarover meldt het ASZ op de eigen site:

Op het moment dat zij worden belaagd, komen wij als organisatie in het geweer. Enkele malen per jaar leggen wij een toegangsverbod op aan een patiënt die het te bont maakt. We hebben goede backupafspraken, intern met onze leidinggevenden en beveiligers/veiligheidsfunctionarissen; extern met de politie en het Openbaar Ministerie. 

Grenzen stellen
Belangrijk voor ons als publieke organisaties is: investeren in het aanleren van de juiste mate van weerbaarheid. Niet te kleinzerig zijn, maar ook niet te veel pikken. Dan scheppen we duidelijkheid voor burgers, klanten of patiënten, over wie zij tegenover zich hebben en wat ze wel en niet ‘kunnen maken’. Als je geen grenzen stelt, kun je ze ook niet handhaven.

Laten we dit in de Drechtsteden vooral gezamenlijk oppakken:
- De meldingsbereidheid in onze organisaties verhogen
- Ervaringen met elkaar delen
- Opleidingen en trainingen samen doen en van elkaar leren
- Gezamenlijke gedragsregels formuleren
- Nog meer ideeën? ...

Veilig kunnen werken zonder verbale of fysieke agressie is voor ons de norm. Daarnaast vinden we dat onze medewerkers in het publieke domein respect en waardering verdienen!”

Op 6 oktober komen de Ambassadeurs weer bijeen. Tijdens de bijeenkomst van 4 juli is afgesproken om dan verder te praten over de mogelijkheid van een gezamenlijke set gedragsregels, die alle publieke instanties in de regio bekend kunnen maken bij hun publiek én handhaven.

Meer over:
Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.