BVFP verliest rechtszaak paalrot tegen gemeente Dordrecht
DORDRECHT - De gemeente Dordrecht is niet aansprakelijk voor schade aan houten funderingspalen bij particuliere woningen in de stad. Dat heeft de Hoge Raad vandaag geoordeeld. Eerder vonden ook rechtbank en hof dat de huiseigenaren niet voor schadevergoeding van de gemeente in aanmerking kwamen.
In deze zaak gaat het over ernstige problemen met de riolering op drie locaties in Dordrecht. Dit betreft zo’n 1000 huizen. Sommige van deze huizen zijn gefundeerd op houten palen. Als de riolering lek is, kan grondwater hierin weglopen. Daardoor kunnen houten funderingspalen in de nabijheid van het lek droog komen te staan. Deze palen raken dan aangetast door schimmel. Dit proces stopt als de paal weer onder water komt te staan. Als funderingspalen – bij elkaar opgeteld - twintig jaar, soms ook korter, droog hebben gestaan, zijn ze zo aangetast dat ze de huizen niet meer goed kunnen dragen. Dit wordt ook wel paalrot genoemd.
De huizen op de aangetaste palen verzakken hierdoor. Huiseigenaren die hiermee te maken kregen, hielden de gemeente verantwoordelijk voor hun schade (advocaat mr J.P Heering van Barents en Krans, Den Haag). Zij baseren hun vorderingen met name op art. 6:174 BW. Deze bepaling stelt de bezitter van een gebrekkige opstal (de lekkende riolering) aansprakelijk voor de schade die een derde (de huiseigenaren) door dat gebrek heeft geleden.
Het hof oordeelde dat deze bepaling niet het risico voor het gebrek op de gemeente (de bezitter van de lekkende riolering) legt (LJN BP7513). De gemeente mocht, toen zij eenmaal zij op de hoogte was van de slechte staat waarin de rioleringen zich bevonden, eerst een onderzoek instellen en een plan van aanpak maken.
Daarin hield de gemeente rekening met omstandigheden als de financiële middelen waarover de gemeente kon beschikken, de tegengestelde belangen van de eigenaren van op hout, dan wel op staal gefundeerde huizen, het op de drie locaties daadwerkelijk verrichte onderhoud, de omstandigheid dat het wegens verkeershinder praktisch ondoenlijk was alle lekkages tegelijk te verhelpen. Ook mocht de gemeente er volgens het hof voor kiezen de riolering in gedeelten te vervangen.
