Platform Stedelijke Herdenking wil straatnamendebat in Dordrecht
DORDRECHT - Het Platform Stedelijke Herdenking wil een gesprek in de stad over straatnaamgeving los maken. Daarom is een brief aan de gemeenteraad gestuurd.
Geachte leden van de raad,
De gemeente Dordrecht kan met haar eigen geschiedenis meer aan de weg timmeren. Dat is van groot belang, want het verleden bepaalt mede de identiteit van Dordrecht, als stad van nu waarin iedereen meetelt. Het Platform Stedelijke Herdenking vindt het de hoogste tijd om de samenhang, de sociale cohesie, te versterken met steun van de geschiedenis.
Een eenvoudig te realiseren voorbeeld:
De borden waarop de straatnamen zijn vermeld, kunnen worden uitgebreid tot een tekst van twee regels. Om bij de tijd te blijven, kan dan elk straatnaambord een verwijzing krijgen naar een website waarop achtergrondinformatie te vinden is. Erfgoedcentrum DiEP lijkt daarvoor het beste adres te zijn.
De historie van de stad verdient naast een uitbreiding van de tekst op de straatnamenborden, een aantal informatieborden om te laten zien waarom die plek van belang is geweest voor de ontwikkeling van de stad op het eiland van Dordrecht. Een verwijzing naar de Dordtse historische kalender ligt voor de hand.
Een eerste stap kan snel worden gezet, als gebaar. Zo kan Dordrecht worden gekoppeld aan de 'Week van de geschiedenis 2009'. Van 17 tot 25 oktober is het centrale thema oorlog en vrede.
Dordrecht heeft als passend vertrekpunt gekozen voor 19 juli 1572. De datum van de eerste vrije Statenvergadering, waarbij de stadsregering van Dordrecht de leiding nam om te gaan strijden voor de onafhankelijkheid van de lage landen aan de zee. Het was dan ook historische gezien zeer juist, dat in oktober 2001 kroonprins Willem Alexander die plek bezocht met zijn bruid Maxima tijdens een kennismakingstoernee door Nederland.
In juli 1572 werd in Het Hof gekozen voor de strijd onder leiding van de prins/stadhouder van Oranje, Willem 1. In zijn opdracht leidde zijn secretaris, Philips van Marnix van Sint- Aldegonde, als voorzitter de eerste Vrije Statenvergadering. In feite ging het om het begin van een echte opstand, een revolutie die de geschiedenis een fundamentele andere wending geeft.
Niet alle Nederlandse steden geven in een eigen geschiedschrijving anno 2009 Dordrecht dé terecht centrale plek. Gelukkig zijn er buiten Nederland grote deskundigen, die Dordrecht wel noemen. Een voorbeeld:
De Engelse professor, Jonathan I. Israel, noemt in zijn gezaghebbende studie 'De Republiek 1477-1806' dat Oranje-gezinde steden een soort alternatieve Staten van Holland belegden tegen de bevelen van Bossu, de rechterhand van Alva. ,,Deze eerste vergadering van de Staten van Holland onder het veldteken van de Opstand van Filip II verdient bijzondere aandacht, want zij markeert in verschillende opzichten een radicale breuk met het verleden en oefende een niet onaanzienlijke invloed uit op het verloop van de Opstand en de vorming van de Republiek." In Dordrecht begon het dus allemaal.
Willem van Oranje en Marnix van Sint-Aldegonde verdienen in elk geval als twee centrale historische personen rond Dordrecht en 1572 een straatnaambord, dat die betekenis uitlegt.
Tot nu toe wordt bij de straat voor Marnix alleen maar gemeld, dat hij schrijver/dichter is. Daarmee wordt Dordrecht en zeker Marnix van Sint-Aldegonde tekort gedaan.
Graag willen wij, als Platform Stedelijke Herdenking, onze ideeën om met de geschiedenis meer aan de straat te timmeren, bij u toelichten. Met vriendelijke groet namens het Platform Stedelijke Herdenking,
Hoogachtend;
Hans Berrevoets
(Voorzitter Platform Stedelijke Herdenking)
(Voorzitter Platform Stedelijke Herdenking)
