Historicus Weltevrede vindt ereburger Bleeker een burgemeester met een stevige rafelrand

06 april 2024 • 08:39 door de redactie
Historicus Weltevrede vindt ereburger Bleeker een burgemeester met een stevige rafelrand
Historicus Kees Weltevrede

DORDRECHT -  "De Dordtse burgemeesters in oorlogstijd". Dat is de titel van het jaarboek van de historische vereniging Oud-Dordrecht.

Historicus drs. Kees Weltevrede deelt de conclusie van schrijver Joop Wammes, dat burgemeester Bleeker een ereburger is met een stevige rafelrand. Hij vindt een discussie passend anno 2024.

Bleeker was eerste burger toen in mei 1940 de tweede wereldoorlog begon en werd in mei 1943 aan de kant geschoven door de bezetters. Hij werd tot mei 1945 vervangen door NSB-burgemeester Van Houten, die ook aandacht krijgt in het jaarboek  Het verzet hing Bleeker op de trappen van het Stadhuis bij de bevrijding in mei 1945 direct weer de ambtsketen om.

Historicus Weltevrede deelt niet de opvatting van een oud-Dordtenaar, die hem liet weten dat er discussie zou moeten komen om Bleeker zijn ereburgerschap te ontnemen.

Weltevrede vindt het wel tijd om naar aanleiding van het boek van Oud-Dordrecht de handel en wandel van burgemeester Bleeker in oorlogstijd tegen het licht te houden.

Weltevrede hoopt met zijn artikel te bereiken dat meerdere mensen vanuit verschillend perspectief naar een gebeurtenis uit het verleden kijken.

Daarom zijn publicatie op de nieuwssite Dordrecht.net.

Reactie

Historicus Weltevrede schrijft over de burgemeester Bleeker in oorlogstijd met allereerst een eigen terugblik:

Ik kom dan tot de conclusie dat ik te weinig oog heb gehad voor de activiteiten van Bleeker t.a.v. de Joden.

* Ik was te zeer onder de indruk was van zijn overige daden: zijn optreden in de gevechten om Dordrecht in de meidagen,

* het onderhandelen over de overgave van de stad en daarmee het voorkomen van een bombardement,

* de houding in de april-meistakingen, waardoor er geen slachtoffers vielen in Dordrecht,

* de anti-NSB houding en de weigering om lijsten van ambtenaren te presenteren voor de arbeidsinzet en het daarna volgende ontslag en

* de samenwerking met het verzet aan het eind van de oorlog, waardoor hij weer werd herbenoemd in zijn ambt.

Ambtelijk
Hij voerde het anti-Joodse beleid dat hem opgedragen is op zeer ambtelijke wijze uit. Vooral als hij zijn wethouder en een raadslid moest ontslaan; dan is er geen toon van empathie of troost.

Wel zorgde hij bij het ontslag van Hamburger en Vleesschouwer e.a. voor een soort financiële compensatie.

De Buffer
In zijn boek De Buffer stelt hij op bl. 38: ’De Duitschers hebben mij nimmer tot een onvaderlandsche daad kunnen dwingen en er moet nog een Dordtenaar worden gevonden die met mijn ‘medewerking’ onaangenaamheden hee9 gehad, waartegenover staat dat ik zeer veel ellende heb kunnen voorkomen.

Dat slaat dan niet op de Joodse Dordtenaren.

En op blz. 51: ‘…Wij richten terstond een Joodsche school op -Volgens mij heeft de Joodse gemeente dat zelf gedaan- en trachten de scherpste kantjes wat af te slijpen van de maatregelen.

Hier is hij weinig concreet. ’t Baatte weinig. Ik verbood het bureau ‘Bevolking’ gegevens over Joden te verstrekken. Op order van de Duitschers reeds verzamelde gegevens nam ik onder mij en deelde den bureauchef mede, dat hij zich op mij beroepen bij zijn weigering als de Duitschers gegevens kwamen opeisen.

Dat is niet geschied. Mijn indruk is dat de Joodsche Raad de meeste gegevens heeft verstrekt. Toen men het den Joden zoo moeilijk ging maken en mijn protesten zonder uitwerking bleven heb ik ernstIg overwogen of ik bij wijze van protest heen zou gaan.

Niet concreet

Hij is weer niet erg concreet: welke protesten? Waar men mij persoonlijk nimmer - op welke wijze dan ook – inschakelde – ik tenslotte nog iets kon doen door gegevens achter te houden – een opvolger met wellust aan de vervolging zou
hebben meegedaan, en nog ik nog iemand anders de ramp die (grootendeels na mijn ontslag in mei 1943) over de Joden kwam, kon voorkomen, gezien de krankzinnige, door niets te stuiten vervolgingswoede – gaf ik aan mijn aanvankelijk voornemen geen gevolg.”

Ramp
De ramp heeft zich in november 1942 voltrokken door de razzia’s op Dordtse Joden door de arrestaties van Groep X uit Rotterdam in opdracht van de SD met medewerking van de Dordtse gemeentepolitie!

De burgemeester moet op de hoogte geweest zijn. Dus zijn suggestie dat het ergste gebeurde na zijn ontslag is op zijn minst een vergissing of een poging om onder een soort mede betrokkenheid uit te komen.

Tegen die deportaties van Dordtse burgers werd niets ondernomen. Bovenstaande argumenten doen mij besluiten om de conclusie van Wammes: Bleeker, burgemeester met een rafelrand, te onderschrijven.​

Tot zover drs. Kees Weltevrede in zijn reactie naar aanleiding van het jaarboek van de historische vereniging Oud-Dordrecht en zijn reactie op is Bleeker nog het ereburgerschap waardig van Dordrecht.

Meer over:
Cookies

Deze website gebruikt noodzakelijke cookies voor een correcte werking en analytische cookies (geanonimiseerd) om de statistieken van de website bij te houden. Marketing cookies zijn nodig voor laden van externe content, zoals YouTube-video's of widgets van Sociale Media. Zie ons cookiebeleid voor meer informatie, of om je instellingen later aan te passen.