Lezing De zeven Noachitische geboden
Rabbijn J. Friedrich verzorgt de lezing.
Vrijwel iedereen kent de ‘Tien geboden’. Maar minder bekend zijn de zogenoemde ‘Zeven Noachitische geboden’. In de Tora, door G-d aan het Joodse volk gegeven, staan - zo leert het jodendom - 613 wetsbepalingen die Joden verplicht zijn na te leven. Naar Joodse overtuiging gaf G-d aan Noach en zijn nakomelingen zeven voorschriften (Genesis 9), die voor iedereen gelden omdat heel de mensheid van Noach en zijn familie afstamt. Deze voorschriften bevatten een minimum aan eerbied voor het leven, teneinde deze wereld leefbaar te houden.
Het zijn universele voorschriften die Hugo de Groot geïnspireerd hebben bij het formuleren van internationaal recht. De zeven eisen gaan over het invoeren van een rechtvaardige rechtspraak, geen G-dslasterlijke taal spreken, geen afgoderij bedrijven, geen incest of ontucht plegen, geen bloed vergieten, niet stelen, geen vlees en bloed consumeren van een levend dier. Het jodendom gaat er vanuit dat alle niet-Joden die deze wetten volgen, de zgn. rechtvaardigden van alle volken, een plaats hebben in de ‘Komende Wereld’. Impliciet gaat het ook over de Joodse houding ten opzichte van niet-Joden.
Rabbijn Jakob Friedrich (Dortmund, 1922) was leraar Joodse wetenschappen aan de Joodse school in Antwerpen. Hij is verbonden aan de Chabad-Lubavitch gemeente van Antwerpen. Ondanks zijn hoge leeftijd geeft de Rebbe nog iedere week les bij Chabad aan B’ne Noach (Kinderen van Noach).